De Sacré Coeur in de polder

De katholieke kerk van De Noord, de Heilig Hart van Jezuskerk uit 1910 aan de Middenweg, mag wel een heel bijzonder herkenningspunt worden genoemd in het polderland van de Heerhugowaard. Een eeuw geleden stond de kerk eenzaam in een weiland met verderop wat huisjes en boerderijen. Tegenwoordig is het godshuis omgeven door bebouwing en op geringe afstand ligt het Alton-glastuinbouwgebied met een groot aantal dag en nacht verlichte kassen.


Gezicht op de Heilig Hart van Jezuskerk vanuit het noordoosten, met op de voorgrond een zeer origineel beeld van Moeder Anna die Maria de Schrift leert lezen. Het beeld, op het plein van de voormalige Sint Anna kleuterschool, werd in 2000 gemaakt door de zusters Benedictinessen van het Sint Liobaklooster in Egmond-Binnen. (Foto TM)

De kerk in De Noord heeft een rijk bewerkte toren, bekroond met een haast Russisch aandoende koepel, een even boeiend torenlichaam en een voorgevel die aan San Vitale in Ravenna doet denken.
Wat maakt deze kerk zo bijzonder? Verreweg de meeste (katholieke) kerken in de 19de eeuw ontleenden hun vormen aan de middeleeuwse gotische stijl, die immers werd gezien als dé kerkelijke stijl bij uitstek. West-Friesland kent er ettelijke.

Byzantijns

Deze honderdjarige kerk kreeg echter buitenom een stijl die niet zou misstaan in Parijs, Brussel, of Londen. Daar verrezen in diezelfde tijd de Sacré Coeur, de Heilig Hartkerk op de Koekelberg (Brussel) en de katholieke Westminster kathedraal in een bouwstijl die het best kan worden omschreven als Romaans-Byzantijns.
Als architect van de nieuwe Heilig Hartkerk aan De Noord werd C.P.W. Dessing aangezocht, een aannemer-bouwmeester uit Gouda. Naast profane werken als scholen, gestichten en de watertoren van Utrecht, had deze een aantal grote katholieke kerken op zijn naam staan. Zoals bijvoorbeeld de Vincentiuskerk in Amsterdam. Alom bekend was Dessing door de Sint-Jozefkerk (Gouwekerk) in Gouda.
Voor het exterieur van de ‘basiliek’ van Heerhugowaard liet hij zich waarschijnlijk leiden door de intenties van de bouwheren. Daarmee kreeg de kerk een extra triomfalistische uitstraling. Het interieur is mede door het gebruik van gele baksteen in een soort art deco-setting zeer helder, haast feestelijk.

Levendig en verzorgd

Hoewel de kerk in sommige opzichten soms wat hardhandig is aangepast aan de moderne geloofsbeleving (het neogotische altaar verdween bijvoorbeeld), zijn de binnen- en buitenzijde de moeite van het bezichtigen meer dan waard. In de apsis werden vijf wonderschone gebrandschilderde ramen geplaatst met taferelen uit het Nieuwe Testament.
Ook de directe omgeving van de kerk is met zorg ingericht. Het oude pensionaatgebouw heeft plaats gemaakt voor een ruimer verenigingsgebouw. De stijlzuivere pastorie wordt gebruikt voor vergaderingen en andere bijeenkomsten.
Verder wordt de tuin opgesierd door een ‘Boom des Levens’ en heeft het kerkhof een parkachtige aanleg.
Verrassend tenslotte is op het grote plein, links van de kerk, een fraai bronzen beeld, voorstellend Moeder Anna die Maria de Schrift leert lezen.


Traditie en moderniteit zijn in deze kerk op fraaie wijze verenigd. Grondvorm en inrichting sluiten aan bij de algemene neogotische bouwstijl van de 19de eeuw. De vormenrijkdom en de ornamentiek doen echter meer denken aan de creaties van een architect als Berlage. Toch zijn in- en exterieur één, zoals de entreepartij en de gewelf- en overige rondbogen aantonen. (beide foto's TM)