
Netty Zander
Anno 1981
Links, rechts, links, rechts.
In een ritmische cadans schaatsten we in elkaars slag op zaterdag 19 december 1981 de Vijf Dorpentocht: Oudendijk, Beets, Avenhorn, Schermerhorn, Ursem, Bobeldijk, Berkhout en Grosthuizen. Een prachtige tocht.
Dwars door het Westfriese land, op kleine- en brede sloten en vaarten. Vanaf de ringvaarten bekeek ik de Westfriese Omringdijk van een andere kant.
Het inschrijven was in Oudendijk, binnen in het gezellige café Les Deux Ponts. Aan een tafeltje keken ijsclubleden me met een goedlachse blik aan. Op de tafeltjes de welbekende pluchen kleedjes, zoals dat ‘hoort’ in een Westfries café. Waar vind je dat nog anno 2015.
Het is alweer een tijd geleden dat de tocht uitgeschreven werd.
Foto: Netty Zander.
Anno 2015
IJs ligt er nu niet, schaatsen is geen optie, laten we wandelen.
Café Les Deux Ponts bestaat nog steeds in Oudendijk. Het staat in de bocht van de Slimdijk en Dorpsweg. Deze dorpsweg heette vroeger gewoon Oudendijk. Naast de dijk zie je een betonnen muur, die dient om de waterkerende hoogte van de dijk op te vijzelen. De muur is af en toe onderbroken. Uitsparingen in de muur, coupures, kunnen met planken opgevuld worden als de nood aan de man is, als het water van de Schermerboezem te hoog komt.
We zien links de 17e eeuwse protestante kerk, het enige Godshuis dat op de Westfriese Omringdijk staat. In de kerk is de fraaie polderkamer.
De vele bruggen leiden naar de achterliggende polder Beetskoog. Om het water uiteindelijk naar de zee te sluizen werd de bestaande dijksloot langs de Oudendijk verbreed. Dat gaf toen heibel met de bewoners. Zij zagen het liefst voor iedere voordeur een brug naar hun landerijen aan de overkant. Over het te bouwen aantal bruggen heeft men bijna twintig jaar geprocedeerd.
Aan de overkant van het water staat een karakteristiek gemaal dat door de vroegere machinist Berend Eikenaar als vrijwilliger in prachtige staat gebracht en gehouden.
Allerlei uitlaten brengen het water vanuit de diepe Polder Beschoot omhoog naar de noordelijke Beemsteruitwatering onderdeel van de Schermerboezem.
We passeren de vroegere melkfabriek Concordia, wandelen onder de snelweg A7 door, steken de provinciale weg over bij het hotel, restaurant La Mère Anne. We kruisen vervolgens de spoorlijn en naderen de Klamdijk. Die dijk leidde ooit naar Schellinkhout, vóór de waterwolf dit land opvrat.
Foto: Netty Zander.
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Wilma Groot-Hoek, Heerhugowaard
't Eerst wat ik zee dat we 'n stukkie over de doik perbere moste te skroiven was:
„Deer hew ik niks mee!”
Maar den gaan je d'r voor zitte en denk je an je skoôltoid.
Deer leerde je dat d'r drie doike ware, de waker, de slaper en de dromer.
Nou denk ik dat de Westfriesedoik de slaper is, hai is heêl houg en lait dicht bai zee.
In onze verkeringstoid ginge we op de brommer wel dr's an de reed.
Ok doik op.
As we den bai Eenigeburg ankwame dee me manje de môter uit en liete we ons,
zolang as 't kon, van doik uitrolle.
Nôh, we kwamme ver hoor, want de doik is deer puur houg.
As 't mooie weer in 't voorjaar d'r ankomt den gane we altoid de negen-durpetocht fietse.
't Mooiste end vind ik van Klorn nei Winkel.
Houg op doik koik je den an alle twei kante over 't land.
Ok hew ik 'n toidje oppast in Klorn, onder an doik.
Wist ik veul dat ik aldeur teugen 'n mônument an zat te koiken.
Maar nou, zachiesan, wordt dat aars.
Deur de skroiversgroep, met de gedichte en verhale over de doik, gaan ik 't nou aars bekoike.
Ok deur de krant over 't feist van de doik in 2008.
Alle dage 'n stukkie over de wandelinge.
Ien krant hew ik bewaard, ien weer de hêle doik op staat,
want nou wil ik die hêle doik wel dr's 'n keertje fietse.
Dat je ziene maar, je benne nooit te oud om nag wat te leren.
Je moet gewoôn effies wakker skud worre over al 't moois wat we hewwe.
Foto: Ina Broekhuizen-Slot.
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Tekst en foto's: Netty Zander
De schilderijen van Rembrandt zijn volop in het nieuws. Het echtpaar Maerten Soolmans en Oopjen Coppit worden iedere dag in het nieuws besproken.
Zelfportret Rembrandt.
Anno 1939 ging dat met de Nachtwacht heel stilletjes. Het Schuttersstuk hing rustig in het Rijksmuseum van Amsterdam.
De oorlog dreigde. Op 25 augustus 1939 werd het Rijksmuseum gesloten. De kunstschatten moesten in veiligheid worden gebracht. Ze werden verspreid over verschillende locaties in Nederland. Onder het mom van wapen- en munitievervoer werd de Nachtwacht (met nog meerdere schutterstukken) naar Radboud in Medemblik gebracht. Daar moest het voorlopig veilig zijn.
In het najaar 1939 werd begonnen met de bouw van een bunker in Castricum, bestemd voor de Nederlandse kunstschatten.
Tot 10 mei lag de Nachtwacht veilig opgeborgen in het kasteel Radboud. Duitsland viel die dag Nederland binnen: het begin van de Tweede Wereldoorlog.
Op 13 mei werd besloten dat de schilderijen naar de bunker in Castricum moesten die inmiddels klaar was.
De Nachtwacht ging onder het geluid van geschutsgedreun op transport door Westfriesland. Van de Westfriese Omringdijk van Medemblik die daar Oosterdijk heet ging het naar Winkel, dat ook aan de Omringdijk ligt. In het dorp lag het monumentale schilderij met kapitein Banningh Cocq en zijn schutters die nacht bij de smid onder een afdak en werd de volgende dag verder vervoerd naar Castricum.
Bij de bunker werd het schilderij in de buitenlucht uit zijn lijst gehaald en vervolgens met de verf naar buiten om een grote cilinder gerold. De reis door Westfriesland was ten einde.
Het beroemde schilderij heeft in de oorlog nog meerdere schuilplaatsen gehad.
Uiteindelijk vertrokken na de bevrijding in 1945 twee met kunst geladen schepen vanuit Maastricht, met de Nachtwacht aan boord. Tegelijk met de intocht van de koningin voeren de schepen het juichende Amsterdam binnen.
Op 14 juli was het officiële einde van de zwerftocht een feit. Het schilderij hing weer in het museum.
Als ik nu in de eregalerij van het Rijksmuseum ben geef ik het een knipoog, vraag zachtjes aan kapitein Banning Cocq: ‘Heeft u ook zo genoten van uw reis over de Westfriese Omringdijk zoals ik bijna dagelijks doe?’
Bron: Joost Overhoff
Zal Banning Cocq ook genoten hebben van de Westfriese Omringdijk?.
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Tekst en foto's: Netty Zander
Het is de stichting Westfriese Molens weer gelukt. Het bestuur heeft een reddingsoperatie op touw gezet. De Kaagmolen is gered.
Het Westfries Genootschap feliciteert haar stichting van harte en is groôs op de stichting. Het bestuur van het Westfries Genootschap brak het klamme zweet weleens uit als we hoorden van de kosten. De stichitng Westfriese Molens heeft sponsors kunnen vinden, die van harte bedankt werden door voorzitter Bart Sloten.
Beschermvrouwe prinses Beatrix zal ook trots op jullie zijn.
Poland restaureert de Kaagpoldermolen.
De Kaagmolen is een prachtige molen, 8-kantige grondzeiler en binnenkruier. Gebouwd in 1654.
Hij heeft de polder de Kaag van 360 ha bemalen. Hij staat hier op de ruimte, een ruime biotoop heet dat in molenjargon.
Met de Ruilverkaveling is de achterwaterloop verdiept en hersteld in 2005 en in 2006 werd een nieuwe langere vijzel geplaatst, getuige de gedenksteen aan de waterkant achter de molen. Hierdoor kon de molen het verlaagde waterpeil blijven bemalen. Molenaar Schagen heeft me in die tijd de gedenksteen laten zien. Hij is de vierde generatie molenaars op deze molen.
De ruilverkaveling nam de kosten voor zijn rekening, dat was uniek.
Maar ondanks dat gleed de molen van zijn fundament af. Lang stonden hijsinstallaties en hoogwerkers bij de molen. Poolland heeft het opgelost. Dat zeg ik makkelijk, maar het is specialistenwerk. Een betonnen plaat is onder de molen gemaakt, en 48 palen zullen ervoor zorgen dat de molen weer drie eeuwen stevig staat. Een damwand is geplaatst om mogelijk kwelwater uit de hoger gelegen boezem tegen te houden.
‘Het waterstaatkundige belang van de molen staat buiten kijf’, aldus voorzitter Bart Slooten. Volgens een molenaar uit de Zijpe ziet het Hoogheemraadschap Hollands Noorder Kwartier het belang van onze trouwe windmolens steeds meer in, als reservemogelijkheid om water uit te slaan.
Wethouder Deutekom belichtte het belang van ons erfgoed. Zij ziet allerlei positieve mogelijkheden voor recreatie.
Een gedenksteen werd door bestuurslid C. Klaver onthuld en het de restauratie kwam op 4 september 2015 tot einde door het lichten van de vang door de heer Van Reeuwijk tijdens de feestelijk bijeenkomst.
De molen begon te draaien, altijd weer een imposant gezicht als je er zo dicht bij staat. Er werden nog extra planken bij gezet en de vijzel ging aan de gang. Het is geen overbodige luxe, want door de hoosbuien van de laatste dagen staan de greppels vol water.
Daar gaat het water via de verenigde Raakmaats en Niedorper boezem, door het Grote Mallegat naar de Langereis en gaat onder de Westfriese Omringdijk door bij Aartswoud (waar vroeger het stoomgemaal stond) naar het gemaal De Waakzaamheid in Kolhorn, vervolgens naar het Amstelmeer en naar de Waddenzee?
Wat een ingenieus en boeiend systeem!
De vijzel maalt het vele gevallen regenwater omhoog de boezem in.
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Tekst en foto's: Netty Zander
Deer bai die môlen, die Grôte Molen,
Deer staat 'n klointje, die is deer nou weer plaast.
De melodie van het liedje schoot me te binnen, bij de herplaatsing van het weidemolentje Johan in de Pekelpolder op de ijsbaan bij Schellinkhout bij de Grote Molen.
Het weidemolentje stond oorspronkelijk in de voormalige polder de Grote Waal te Hoorn. Wijlen de heer Kerkmeijer, voormalig conservator van het Westfries Museum, had zich het lot van het molentje aangetrokken door het in 1964 te laten verplaatsen naar het Julianapark in Hoorn. In 1985 werd het opnieuw verhuisd, nu naar de Pekelpolder te Schellinkhout om daar de ijsbaan te bemalen. Het kwam onder de hoede van de Stichting Westfriese Molens.
Voorzitter van de stichting Westfriese Molens vertelt het verhaal van de restauratie.
Tijdens een genoeglijk samenzijn nabij de Grote Molen aan de Westfriese Omringdijk vertelde de voorzitter Bart Slooten over de geschiedenis en de restauratie.
Het molentje verkeerde al geruime tijd in een bedenkelijke staat van onderhoud.
De financiële gift van de Stichting Kermeijer-de Regt en de enthousiaste deskundige maal- en onderhoudsploeg van de molen Ceres te Bovenkarspel leidde tot resultaat dat het molentje weer in uitstekende staat is teruggebracht.
‘De affiniteit van de Stichting Kerkmeijer-de Regt met het molentje moge duidelijk zijn, als men weet dat het indertijd door Johan Kerkmeijer van de ondergang is gered. Later is het aan de Stichting Westfriese Molens geschonken. Het kreeg de naam Johan’, aldus de bevlogen Bart Slooten. Hij sprak zijn dankbaarheid uit voor deze financiële geste en het werk van de onderhoudsploeg.
Aan de voet van de Zuiderdijk wordt de Johan onthuld.
De voorzitter van de Stichting Kerkmeijer-de Regt Jaap Schaper en penningmeester Nelleke Huisman onthulden vervolgens op deze zomerse dag van 16 juli 2015 het molentje aan de Zuiderdijk.
De enthousiaste mannen van de Ceres zullen spoedig het binnenwerk er in plaatsen, zodat het weer aan het werk kan.
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Tekst en foto's: Netty Zander
“Niet klamme hoor”, dat zei m'n oma als onze stoeierij in ruzie dreigde uit te lopen.
Klammen dat is veel gedaan om de Westfriese Omringdijk. Zelfs een dijktraject ontleent zijn naam eraan: Klamdijk.
Dit stuk dijk vormt de verbinding tussen de Westfriese Omringdijk vanaf Hoorn en de Waterlandse Zeedijk richting Schardam.
Dit dijkvak was ooit onderdeel van de Westfriese Omringdijk en liep vermoedelijk rond 1200 richting de Nek bij Schellinkhout, dus rechtuit naar de overzijde van het Hoornse Hop.
In 1375 spoelde een groot deel van de Westfriese Omringdijk tussen Lutjeschardam en de Nek weg en d.m.v. een inlaagdijk werd deze terug gelegd.
In 1434 spoelde door een grote stormvloed deze dijk weer weg. Opnieuw bouwden de Westfriezen een inlaagdijk; de huidige dijk langs het dorp Scharwoude.
De 350 meter lange Klamdijk maakt vanaf 1335 geen deel meer uit van de Westfriese Omringdijk en vormt een overgebleven navelstreng naar de Schardammer Keukendijk. De Westfriezen waren toen niet meer bereid om de dijk te onderhouden en lieten dit aan de bewoners van Zeevang over omdat de dijk alleen nog maar de Zeevang beschermde.
Het klammen begon.
Na jaren van ruzie bepaalde de Grafelijke Raad in 's-Gravenhage dat de bewoners van de Beetskoog het kleinste deel en de Westfriezen het grootste deel moesten onderhouden. Dat dit niet gebeurde blijkt uit een relaas waarin de Klamdijk in 1436 op twee plaatsen brak. De Grafelijke Raad sommeerde de Westfriezen de dijk voortaan goed te onderhouden. Het bleef echter klammen tussen de twee.
Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) laat een nieuw boezemgemaal bij Lutjeschardam bouwen. Dit gemaal zal zowel overvloedig regenwater kunnen uitslaan als bij droogte zoetwater kunnen inlaten. Het zoete water wordt zo niet meer afgevoerd via de Schermerboezem naar Den Helder in de Noordzee, maar blijft als zoetwaterbuffer behouden in het Markermeer, want zoet water wordt kostbaar en niet meer vanzelfsprekend aldus het HHNK. Het HHNK speelt hierbij in op het veranderende klimaat.
Ten behoeve van de bouw van dit gemaal kreeg de Archeologische dienst van Westfriesland de gelegenheid onderzoek te doen naar de Klamdijk.
De dienst hield op 16 juni een publieksdag die vele mensen trok.
Daar staan wij, als toegestroomd publiek op de kruin van de Klamdijk op 3.50 meter + NAP. Een imposant gezicht. We luisteren naar de uitleg van archeoloog Michiel Bartels.
De weg over de dijk is inmiddels verwijderd. Deze bestond uit klinkers en baksteenpuin. De dijk is minstens 35 meter breed. Onder de twee eeuwen oude weg zien we de ophogingen met kleipakketten. Twee meter onder de kruin zijn de ophogingspakketten steeds veniger. In de doorsnede van de dijk komen grote scheuren en verzakkingen voor. Deze dateren uit de 16e en 17e eeuw. Vanaf 0 NAP, ongeveer op de hoogte van de buitendijkse graslanden, is de dijk opgebouwd uit pakketten van kleizoden. Deze zoden werden uit het voorland gestoken en vormen het lichaam van de dijk. De oudste fase van de dijk zou 800 jaar oud kunnen zijn. Deze liggen op een (verdwenen) natuurlijke veenlaag. De veenlaag ligt op 4000 jaar oude zeeklei.
We zijn onder de indruk van al het werk dat onze voorouders hebben verricht in de strijd tegen het water.
Archeologen hebben de doorsnede van de dijk trapsgewijs opgegraven, omdat de dijk anders zou instorten. Ook hebben ze door in het profiel lijnen te trekken de verschillende lagen van elkaar onderscheiden.
Gravendevort komen de archeologen een verrassing tegen, stuiten ze op een dijkdoorbraak???
Wellicht komen we dat nog te weten.
Bron: Archeologie Westfriesland
Zie ook: Dijkbouw en bewoning aan de Klamdijk (pdf).
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Netty Zander
Op de Westfriese Omringdijk in de indrukwekkende Schutterzaal van het Westfries Museum in Hoorn vond op 24 mei de uitzending van O.V.T. plaats.
Het eerst geplaatste bord (Foto Netty Zander)
Het blijft de gemoederen bezig houden, het standbeeld van Jan Pietersz. Coen op de Rode Steen.
Het was één van de gespreksonderwerpen tijdens de uitzending van O.V.T. die op 24 mei plaats vond in de indrukwekkende Schutterzaal van het Westfries Museum in Hoorn.
Ten tijde van het nationalisme eind 19e eeuw had men behoeft aan helden. De algemene mening in 1893 was dat Coen er een in de Gouden Eeuw was. Het standbeeld kwam er. Nederland was trots op zijn held uit de VOC.
In 1937 werd Coen vereerd tijdens zijn 350ste geboortedag vereerd. De toenmalige premier Colijn hield een plechtige toespraak. Hij sprak over de kloekheid van Coen.
Maar, tijden veranderen, meningen ook.
Over het standbeeld is veel gediscussieerd.
De gemeente moest na een burgerinitiatief een uitspraak doen. Naar Nederlands gebruik sloot men een compromis: het beeld mocht blijven staan, er werd een aangepast tekstbord op de sokkel toegevoegd, met hierop ook zijn negatieve daden vermeld.
In 2011 heeft het Westfries Museum er zelfs in een tentoonstellingsproject over gemaakt in de vorm van een rechtsspraak, bezoekers konden zich uitspreken, was Coen geboren in Hoorn, ‘held’ of ‘schurk’. De Westfriezen stemden naar later bleek net als de gemeenteraad: 76% standbeeldwaardig, 33% niet standbeeldwaardig. Een wand van het museum hing vol met briefjes met opmerkingen.
Het toegevoegde bord met QR-code. Als je deze code gebruikt krijg je het antwoordapparaat van JPC met de tekst: ‘Ik ben er even niet, spreek uw boodschap in.’ (Foto Netty Zander)
Het blijkt dus dat in de tweede helft van de vorige en de 21e eeuw Nederland ook meer aandacht heeft gekregen voor de omstreden kanten van JPC. Jur van Goor heeft een wetenschappelijke biografie over Jan Pietersz. Coen geschreven. Volgens hem past het in de historiografische traditie dat er opnieuw naar feiten in de geschiedenis gekeken wordt.
Het verbaast mij daarom des te meer dat in 1966 de Coentunnel zijn naam kreeg, laat staan de naamgeving van de tweede Coentunnel geopend in 2013. Het resultaat is dat Coens naam dagelijks meerdere keren op de radio te horen is in verband met fileberichten: we blijven stil staan bij Jan Pietersz. Coen.
Na een evenement in Hoorn toen in 2011 de discussie op z'n hevigst was, stootte een kraanmachinist, naar eigen zeggen, per ongeluk het beeld van zijn sokkel. (Foto Netty Zander)
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.

Netty Zander
Het zicht was nog nooit zo helder volgens de piloot. Met de Cessna ‘Papa Holland Bravo Victor Lima‘ vliegen we vanaf Lelystad naar Westfriesland. Een prachtig zicht op het kleurverschil tussen het water van het Markermeer en IJsselmeer.
In 2014 had het Westfries Genootschap een fotowedstrijd uitgeschreven ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan. Met de prijswinnaar Timo Verra en zijn moeder Lea Imming gaat de vlucht naar Westfriesland.
Boven het naviduct bij Enkhuizen komt de Westfriese Omringdijk in beeld.
Voor een groot gedeelte volgen we de Westfriese Omringdijk. De vesting van Enkhuizen is goed te zien, net als het zaadbedrijf Enza. De onverwoestbare vuurtoren De Ven komt in zicht als baken voor schepen. Natuurlijk het innovatieve landschapskunstwerk De Koopmanspolder en even verder het gemaal de Vier Noorder Koggen die het water uitslaat van de toevoersloten met hun verschillende waterpeilen. Het Nationaal Stoommachinemuseum. Al gauw zien we het contrast met de indeling van de geometrische Wieringermeer en het oude land. We volgen het Pannepad dat zigzaggend langs de kavels loopt sinds de laatste ruilverkaveling De Gouw. Op de grens van de dijk en de Groetpolder zien we de uitlaat waar het vroegere stoomgemaal van Aartswoud stond. De golfbaan van Winkel met een eiland dat in de vorm van Westfriesland is gemaakt. Wat is het land al groen op de 18e april. Wat is er veel te zien. We kwamen ogen te kort. Van verre naderen we Schagen. Via Valkkoog naar Krabbendam zien we de vele wielen, als littekens van de rampspoedige dijkdoorbraken. De boven de grond gehaalde dwangburcht Het Huys te Nuwedoorn. Een blik op de eerste tulpenvelden die aarzelend in bloei komen. Met gemak overzien we Westfriesland van west naar oost. Buiten de dijk zien we de duinenrij van Schoorl, de jubilerende Bergermeer, het AZ-stadion, de vuilverbranding. Na de Schermer komt de dijk weer in zicht met de Westfriese molens bij Rustenburg. We buigen af naar Hoogwoud, zien duidelijk de oude kreekruggen en een prachtig overzicht van de Bennemeer. Nogmaals een extra rondje over Wervershoof en Andijk waar de grootouders van de prijswinnaar staan te zwaaien. De jeugdige Timo was onder de indruk van de vlucht, zijn moeder genoot. Via het Stivasgebied zwenken we op het Streekbos aan. Dan alweer naar Lelystad.
Westfriesland is ook van bovenaf mooi.
Prijswinnaar Timo met zijn moeder in de Cessna. (Foto Netty Zander)
De golfbaan in Winkel met het eiland in de vorm van Westfriesland. (Foto Netty Zander)
Verhaal van de maand
Iedereen kan voor deze rubriek verhalen insturen. De verhalen moeten zelf geschreven zijn en de Omringdijk als thema hebben. U kunt uw verhaal (of gedicht) sturen naar het Westfries Genootschap.
Iedere eerste maandag van de maand wordt er één nieuw verhaal geplaatst.
De overige inzendingen worden bewaard voor een andere maand.