Westfries Genootschap
Westfries Genootschap Bibliotheek Bouwhistorie Creatief Westfries Geschiedschrijving Kap en Dek Landelijk Schoon Monumentale Kerken

Projector Reiscommissie Textieloverleg Vrienden Westfries Museum Westfriese Families Westfriese Molens

Facebook

Westfriese boeken te koop

    Zoeken:

Westfries Genootschap » Publicaties » Weblog Uit en Thuis » 2017 » 14 februari

Immaterieel cultureel erfgoed en tradities

Onze vereniging is een cultuurhistorische vereniging. Bij zo'n vereniging spelen naast cultuur en historie ook begrippen als erfgoed en traditie een grote rol. Het zijn woorden die nauw met elkaar verbonden zijn. Erfgoed is datgene wat men van zijn voorouders erft. De term erfgoed wordt toegekend aan zaken die mensen waarderen, waar ze zich mee identificeren en die ze door willen geven aan toekomstige generaties. We onderscheiden materiële erfgoederen zoals monumentale gebouwen en immateriële erfgoederen. Tot deze laatste categorie behoren tradities. Een traditie is een gebruik of een gewoonte die van de ene generatie op de andere wordt doorgegeven.

Andries Smit met zijn schoonzuster Marijke Smit- de Groot tijdens het ringsteken in Medemblik op 21 september 2009.
Andries Smit met zijn schoonzuster Marijke Smit- de Groot tijdens het ringsteken in Medemblik op 21 september 2009. (Foto Willem Zwier)

De laatste jaren is er veel aandacht voor immaterieel cultureel erfgoed. Sinds 2012 beschermt Nederland niet alleen ons materieel erfgoed, maar ook ons immaterieel erfgoed. In dat jaar ondertekende ons land het UNESCO-verdrag uit 2003 ter Bescherming van Immaterieel Cultureel Erfgoed. Er is sindsdien een Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed Nederland. Er staan op deze lijst 112 tradities, feesten, beroepen, ambachten enz. Daartoe behoren onder andere de viering van Koningsdag, papier knipkunst, Staphorster stipwerk, de cultuur van het pijproken en het ambacht van molenaar. Uit onze streek vinden we op de lijst de Hoornse kermis met de lappendag. Kort geleden is ook de harddraverij van Medemblik op de lijst gekomen. Het gaat daarbij niet alleen om de kortebaandraverij, maar ook om de ringrijderij.
Wat immaterieel cultureel erfgoed is, wordt in het verdrag heel precies beschreven in een lange en ingewikkelde definitie. Ik haal daar een paar dingen uit. Het gaat om een geheel van praktijken, voorstellingen, uitdrukkingen, kennis en vaardigheden die door bepaalde gemeenschappen, groepen en in sommige gevallen individuen erkend wordt als onderdeel van hun cultureel erfgoed en dat net als tradities van generatie op generatie wordt doorgegeven. Het kenmerkende van een immaterieel cultureel erfgoed in het kader van het UNESCO-verdrag is dat het niet statisch of onveranderlijk is. Het moet een levende cultuur zijn met een stevige wortel in het verleden, maar die nu nog steeds onderhouden wordt en waarvoor mensen zich inzetten deze in het heden en in de toekomst levend te houden.

Astrid Jonker toont de onderkleding.
Astrid Jonker toont de onderkleding.
(Foto Jan Smit)
Lida Nannes toont de zondagse dracht.
Lida Nannes toont de zondagse dracht.
(Foto Jan Smit)

Ik heb mij afgevraagd of datgene wat onze commissie Kap en Dek doet ook onder de UNESCO-definitie van immaterieel cultureel erfgoed zou kunnen vallen. Ik heb deze vraag voorgelegd aan het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland. De conclusie van het overleg is dat de kennis en de vaardigheden die de commissie via haar cursussen doorgeeft aan volgende generaties onder deze definitie zouden kunnen vallen. Maar omdat het gaat om het maken, herstellen en onderhouden van kleding behorende bij een bepaalde tijd uit het verleden valt het niet onder de strikte definitie van de UNESCO. Want dan zou er een ontwikkeling moeten zijn vanuit de kleding uit het verleden naar de dagelijkse dracht van mensen nu. In die zin is er geen sprake van een levende cultuur. Maar de conclusie van mijn gesprekspartner van het kenniscentrum is wel dat datgene wat de commissie Kap en Dek doet, uiterst waardevol is vanuit cultuurhistorisch oogpunt. Dat is een compliment voor de leden van deze actieve commissie. Het levende bewijs van deze conclusie was op zaterdag 4 februari te bewonderen in de Ridder Sint Joris in Berkhout tijdens de jaarlijkse kostuumshow.
Elf dames lieten de door hen in het afgelopen cursusseizoen gemaakte kleding aan het grote publiek zien. Er was een grote variatie: ondergoed, zondagse dracht, daagse dracht en ruiterkleding.

.
Marita Schoonheijm toont de daagse dracht.
(Foto Jan Smit)

Dit gouden kappenstel met toebehoren
werd op de veiling verkocht. (Foto Jan Smit)

Verder is de veiling die traditiegetrouw op de kostuumshow volgt ook van belang. Om een traditie op het gebied van streekdracht in stand te houden is niet alleen naar authentiek model gemaakte kleding van belang, maar zijn ook bijpassende sieraden, oorijzers, kappenkanten, hullen enz. onmisbaar. De veiling is een prima gelegenheid om deze zaken te bemachtigen.
We mogen trots zijn op onze commissie Kap en Dek die zo'n grote bijdrage levert aan het in ere houden van de streekdracht in Westfriesland.

Jan Smit

 


Hé, is dat Westfries?

721. Kalkedodders zijn kale, jonge vogeltjes, die nog maar korte tijd uit 't ei zijn.

Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.


© 1924-2023 Westfries Genootschap - Contact - Sitemap - Privacyverklaring

West-Friesland, een streek met karakter binnen de Omringdijk.