Westfries Genootschap » Publicaties » Weblog Binnendijks » 2011 » 23 november
Komt het door de mist? Door de nevel die de laatste dagen boven ons gebied hangt? Zorgt die nevel
voor een kleine wereld waarin herinneringen opdoemen? Of is het ook de tijd van het jaar die meewerkt
aan ‘terug in de tijd’?
Ik weet het niet. Wel zijn er deze dagen enkele bijzondere ervaringen die betrekking hebben op
‘vroeger’. Zo liep ik zaterdagmiddag door Warmenhuizen, samen met Henk Sloëtjes, mijn
medebestuurslid van de historische stichting De Cromme Leeck. We hadden materiaal van onze
zomertentoonstelling teruggebracht bij de molen De Gouden Engel in Koedijk.
Op de terugweg doen we Warmenhuizen aan, een dorp waar voor mij veel geschiedenis ligt. We dwalen door
de straten rond de kerk, het is stil, de bomen druipen van het vocht, er hangt een echte november-sfeer.
Opeens komt Bert de Vries (vrijwillig koster) aanlopen met kaarsen en de sleutel van de kerk in zijn
hand. Wat een tref! We mogen mee naar binnen en bewonderen hoog in het schip de schilderingen van Jan
van Ossanen. Dan naar het kerkhof, waar mijn grootouders begraven liggen. Verhalen vertellend loop ik
rond: een aparte ervaring. Vervolgens rijden we over oude wegen noordwaarts, langs terpen en ouderwetse
bouwershuizen. Dan met een bocht weer terug het dorp in. We stoppen bij de Krankhoorn, één
van de oudste plekken in Warmenhuizen, een hoog gelegen weg met aan het eind een imposante boerderij.
Daar is goed te zien hoe groot de afstand is van deze straat tot het omliggende land. Lopend langs het
huis van Jaap Mooij (oprichter van de historische vereniging Harenkarspel) zwaai ik naar Jaaps vrouw,
die voor het raam zit. Niet veel later komt Jaap het huis uit en nodigt ons uit binnen te komen voor
een kopje koffie. Veel verhalen rijker stappen we ten slotte weer in de auto. Wat een wonderlijke uren!
Historie. Die kwam ook vandaag aan de orde.
Want vanochtend luisterde ik naar verhalen van drie mannen die in hun jonge jaren betrokken waren bij
de droppings op het afwerpterrein Mandrill aan de Zomerdijk. Op verzoek van de heer Willem Mugge uit
Zwolle vertelden ze over hun ervaringen en met name over Tobias (‘Hans’) Biallosterski.
Deze verzetsstrijder, afkomstig uit Bloemendaal, landde in september 1944 aan de Zomerdijk met een
parachute. Op 10 februari 1945 werden hij en nog vier mannen in Wognum opgepakt door Landwachters en
twee Grüne-Polizisten. Bij een ontsnappingspoging vanuit het gemeentehuis in Obdam raakte
‘Hans’ ernstig gewond, hij overleed op 26 februari '45 aan zijn verwondingen.
Een achternicht van Biallosterski is journalist en woont in Amerika. Zij wil een boek schrijven over
haar oudoom. Ten behoeve daarvan doet haar tussenpersoon Willem Mugge onderzoek naar het leven van
Tobias/Hans. Daarom zijn er contacten gelegd met degenen die nu nog in staat zijn te vertellen over
dat laatste oorlogsjaar.
's Middags brengen we een bezoek aan een man die samen met Biallosterski gearresteerd werd in Wognum.
Zoekend naar woorden maar nog zeer adequaat praat hij over de gebeurtenissen op die tiende februari
1945.
Verhalen zweven rond, verhalen over andere tijden, over spanning en verzet, over risico's en keuzes.
Vragen blijven bestaan, vragen waarop waarschijnlijk nooit een antwoord zal komen. Die antwoorden
liggen verborgen in de tijd, de mensen die erbij betrokken waren, leven niet meer. Alleen die vier
mannen, tachtigers, die vandaag in hun geheugen groeven en verhaalden over ‘toen’.
We rijden over de nevelige Zomerdijk, het is te mistig om het droppingsveld goed te zien.
Tekenend? Wellicht – de waas van de jaren dekt de geschiedenis toe.
Tekst Ina Broekhuizen-Slot
Pagina uit het boek ‘Verzet in West-Friesland’ (1991) over Tobias/Hans Biallosterski.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.