Bibliotheek » WFON » 1994 » Pagina 117-118
Kroniek van een knokploeg in oostelijk West-Friesland (2/12)
Het lidzijn van een knokploeg had wel iets romantisch: het stelen van de onderdrukkers en het helpen
van de onderdrukten. Dat er aan de bezigheden grote gevaren waren verbonden realiseerden velen zich vaak
te laat. Zoals een van de jongens het later formuleerde: "Je had niet het idee van dood te kunnen
gaan. Een kogel deed geen pijn, die ging door je heen".
Toen hij later zwaargewond in de sneeuw lag zou de werkelijkheid pas tot hem doordringen.
De LO in Enkhuizen
In Enkhuizen bestond de eerste LO uit de eerder genoemde ambtenaar Paulus Stomp - hij zou de LO-districtleider
worden - de directeur van het arbeidsbureau Willem van Dijk, de hulpprediker A.J. Bos - doorgaans ‘candidaat Bos’.
genoemd omdat de echte dominee A.J. Boss heette en dus een bijna-naamgenoot was - de schoolhoofden
Gerrit Appelhof en Jan Hommes, de journalist Klaas Norel en de drukker en uitgever Jan Lenters. Voorts
deden het hoofd van de Nachtveiligheidsdienst Sas Sietses en de koster Jan Visser veel praktisch werk.
De uit de omgeving van deze mensen gerecruteerde knokploeg bestond uit
zeven man. Daar was eerst Tom Kranenburg, kelner op de Staverse boot en
koerier van het illegale blad Trouw, dan Ted of Theo Laagland, zoon van
een rijkspolitieman en al in 1942 bezig met het helpen van onderduikers,
voorts de onderduikers Dirk Wierenga, Piet de Vries, Garmt Molenhuis,
Hendrik Kruizenga en Nico Werkman. Kranenburg was getrouwd en woonde min
of meer als oppasser in het huis van de ondergedoken burgemeester van
Hoogkarspel, Middelhof. Laagland woonde thuis en de onderduikers, op De
Vries na, waren in de kost bij de zuster van Tom in een huis aan de
Oosterhavensrraat.
Het is ondoenlijk om de vele medewerkenden te noemen die ook op
enigerlei wijze betrokken waren bij het verzetswerk: de gastgezinnen die
grote risico's liepen, de koeriers, de velen die letterlijk in het
verborgene werkten en wier namen soms toevallig naar boven komen maar
die meestal nauwelijks meer zijn te achterhalen.
De eerste aanslag op het gemeentehuis van Venhuizen: het gladde zeil
Een van de eerste operaties die de jonge KP kreeg opgedragen, betrof het
gemeentehuis van Venhuizen. Het was bekend dat daar in de kluis een
grote hoeveelheid distributiebescheiden lag opgeslagen omdat Venhuizen
als centraal verdeelpunt voor een groot aantal gemeenten in de omgeving
was aangewezen.
Met zeven man ging men op pad. Kranenburg en Laagland zouden aanbellen.
Zij kenden de situatie in Venhuizen. Laagland had namelijk verkering met
een van de meisjes die op het gemeentehuis werkten, Annie Smit. Daardoor
wist hij dat burgemeester Honijk de sleutel van de kluis onder zijn
hoede had. De anderen: Wierenga, Molenhuis, Werkman, Kruizenga en De
Vries moesten in eerste instantie op de achtergrond blijven.
Eerst ging een luikje in de voordeur open. Door de duisternis waren de vermomde mannen niet goed te zien. Een smoes echter deed het slot helemaal verwijderen. Tom en Ted stormden naar binnen en de burgemeester probeerde ze tegen te houden.
In die jaren lag er bij vele huizen zeil in de gang en bij deftige mensen zoals burgemeesters was dat zeil goed gewreven. Dat was ook bij
de familie Honijk het geval. De vloer ging als een glijbaan werken. Letterlijk en figuurlijk raakten de drie mannen uit evenwicht. Honijk
schreeuwde om hulp. Toen bleek pas dat hij die avond niet alleen thuis was; hij had visite. De gasten kwamen op het lawaai af en begonnen mee te schreeuwen.
Dat was teveel voor de overvallers. Men blies zonder buit de aftocht.
De bevrijding van Barend Mes
De tweede actie van de KP-Enkhuizen was aanzienlijk professioneler van opzet. Zij zou volledig slagen.
Helaas hebben de gevolgen van deze operatie vrijwel het einde veroorzaakt van het eerste verzet in Hoorn en Enkhuizen. Door toeval,
argeloosheid en overmoed konden twee groepen bijna volledig worden opgerold.
Het Algemeen Nederlandsch Politieblad van 16 september 1943 vermeldt het volgende: "In de nacht van 31-8 op 1-9-1943, te omstreeks 3.45 uur,
is een gewapende overval gepleegd op het raadhuis te Hoogkarspel. De drie aanwezige leden van de luchtbescherming werden gekneveld, terwijl de telefoon onklaar werd gemaakt.
(Opmerking van de webredactie: In de originele uitgave is de naam "Kruizenga" foutief vermeld als "Kruizinga".)
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.