Bibliotheek » WFON » 1972 » Pagina 69
Schoolmeesters en hun salarissen aan het eind van de zestiende eeuw (1/10)
Eerder verschenen in West-Frieslands Oud en Nieuw, 39e bundel, pagina 69-78.
Uitgave: Historisch Genootschap "Oud West-Friesland", 1972.
Auteur: J. R. Persman.
J. R. Persman
Wie bij genealogisch onderzoek blijkt af te stammen van een voorvader, die het ambt van schoolmeester
uitoefende, bekruipt in de meeste gevallen een gevoel van onmacht: schoolmeesters behoorden in vroeger
tijden tot een zeer vlottende bevolkingsgroep en dit bepaald niet uit weelde. Eén van de oorzaken
was het feit, dat de salarissen laag waren. Ze trokken van de ene naar de andere plaats in de hoop er
steeds iets in salaris op vooruit te gaan. Allerlei nevenfuncties werden door hen uitgeoefend teneinde
het gezinsbudget op een enigszins aanvaardbaar peil te brengen: secretaris van het gerecht, koster van
de kerk, voorzanger, klokkenluider, doodgraver, enz. Andere oorzaken van hun mobiliteit waren gelegen
in het feit, dat er op hun gedrag vaak nog al iets aan te merken viel. Klachten over plichtsverzuim,
drankmisbruik en aanstootgevend zedelijk leven zijn legio te vinden in kerkeraadshandelingen. Vooral
in de in die tijd zeker kleine dorpsgemeenschappen bleef nu eenmaal niets verborgen, zeker niet voor
de leden van de kerkeraad, die, rechtzinnig als ze waren, de feiten meestal niet met de mantel der
liefde bedekten. Er zat voor de betrokkenen in de
meeste gevallen niets anders op dan het maar weer eens ergens anders te
gaan proberen, liefst op een flinke afstand van de oude standplaats,
waar men hen hopelijk niet kende. Soms kozen ze ook wel een ander
beroep.
Bij een genealogisch onderzoek is men voor wat de 19e eeuw betreft
allereerst aangewezen op de registers van de burgerlijke stand en de
volkstellings- en bevolkingsregisters en voor wat de voorgaande eeuwen
betreft op de doop-, trouw- en begraafboeken. Als er naast die boeken
ook nog lidmatenboeken aanwezig zijn is het soms wel eens mogelijk de
levensloop van een schoolmeester te achterhalen. Is dit niet het geval
dan raakt men dikwijls het spoor bijster. In de notariële en
oud-rechterlijke archieven vindt men slechts sporadisch gegevens over
schoolmeesters: om begrijpelijke redenen stonden ze niet te dringen om
een testament te maken of voor schout en schepenen te compareren inzake
de aankoop van onroerend goed.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.