Bibliotheek » West-Friesland toen en nu » Deel 14. Van vaarpolder naar rijpolder » pagina 34-37
Nadat in 1675 een zware storm een gat had geslagen in de zeedijk bij Schardam, bezweek ook de Zwaagdijk. Bijna heel oostelijk West-Friesland liep toen onder water. Halverwege de Zwaagdijk, tussen Rijweg en Tuinstraat, herinnert Het Weeltje nog aan deze dramatische gebeurtenis.
Detail van een kaart uit het kaartboek van het Kerkenarmenfonds te Hoorn
uit 1603 met den overtoom op Swaechdijck, getekend door de landmeter Bartelmieus Sijmonss.
(WFA)
De Weel, zo heette de grote wiel bij de Zwaagdijk, die ontstond na de dijkdoorbraak in 1675. Maar toen
tussen 1938 en 1941 de Zwaagdijk werd afgegraven, is een deel van die grond in De Weel gestort. Daarna
bleef er een kleiner watertje over. En zo veranderde De Weel in Het Weeltje. Met zijn ronde vorm en
omgeven door beplanting is het ook nu nog een opvallend element in het landschap langs de Zwaagdijk.
Waarschijnlijk vertoonde de overhaal op de Zwaagdijk veel gelijkenis met
het in 1912 gesloopte Bangerter rad (uit 1625) in Westerblokker.
(WFA)
De bijna kaarsrechte Zwaagdijk was vroeger de grens tussen twee West-Friese ambachten. Aan de ene
kant de Vier Noorder Koggen en aan de andere kant Drechterland. Uit historisch oogpunt is eigenlijk
het zich ten noorden van de Zwaagdijk door het landschap slingerende veenriviertje de Kromme Leek de
grens tussen de beide ambachten.
In het waterrijke West-Friesland ging ooit bijna alle vervoer over het water. De vele dijken vormden
bij deze transporten lastige hindernissen, die met overhalen of overtomen genomen moesten worden. Ook
de Zwaagdijk was zo'n hindernis. Al in de Middeleeuwen werd hier gebruik gemaakt van een overhaal, zo
blijkt uit oude stukken over een ruzie tussen Enkhuizen, Grootebroek en Hoorn over de plaats van een
overhaal op de Zwaagdijk. Op 6 maart 1439 besliste Philips de Goede in dit geschil tussen deze steden.
De verbreding van de weg in Zwaagdijk in 1938. De dijk zelf is nog
duidelijk als een verhoging op de achtergrond te zien.
(WFA)
Minstens twee overhalen zijn er op de Zwaagdijk geweest. Een oude kaart uit 1603 toont ter hoogte van
het dorp Zwaag een overhaal en in 1726 wordt bij de aanleg van de Tolweg gesproken over de oostelijke
overhaal op de Zwaagdijk. Deze was eigendom van de polder Het Grootslag. In 1861 wilde het polderbestuur
er vanaf.
Omdat niemand de overhaal wilde overnemen, werd tot afbraak besloten. Tuinders uit het Grootslag bewogen
hemel en aarde om dat te voorkomen. Een groot deel van hun producten verkochten ze in Medemblik en
Opperdoes. Om daar te komen moesten ze de Zwaagdijk oversteken. De tuinders dienden destijds nog een
verzoekschrift in bij de koning om de sloop van de overhaal tegen te houden. Tevergeefs.
De Tuin aan het Weeltje aan de Zwaagdijk 271, ontworpen door Piet Oudolf.
Het Weeltje is links op de foto te zien. De tuin is van juni tot september voor publiek toegankelijk.
(Foto TM)
Ook in de 20ste eeuw bleek er nog steeds behoefte te zijn om vaartuigen van de ene kant van de Zwaagdijk
naar de andere kant te brengen. In 1914 werden de mogelijkheden onderzocht om een nieuwe overhaal te
bouwen. Het bleek echter allemaal veel te kostbaar. Men gaf het toch niet op.
In 1928 volgde de oprichting van de ‘Naamloze Vennootschap Overtoom bij de Ark’. Genoemd
naar het destijds aan de kop van de Zwaagdijk gelegen koffiehuis De Ark. Een aandelenkapitaal werd
bijeengebracht en de vennootschap bouwde een nieuwe overhaal vlak bij het koffiehuis. Het was een combinatie
van een brug in de dijk en een overhaal naast de dijk, die het verkeer niet hinderde.
De schutsluis richting Wervershoof. (Foto TM)
De overhaal vertoonde al spoedig gebreken en werd tijdens het afgraven van de Zwaagdijk vervangen door
een schutsluis. Deze sluis ligt er nog steeds; in de sloot naast het Zijdwerk. Maar er varen geen tuinders
meer vanuit Het Grootslag naar Medemblik en Opperdoes. Het zijn voornamelijk recreanten, die de sluis
nog gebruiken voor hun pleziervaartochtjes.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.