Bibliotheek » Boeken » West-Friesland... het land waar wij wonen » Pagina 34-36
Het typische, Westfriese land met fraaie dorpen, stolpboerderijen, tuindersspultjes en molens bestaat gelukkig nog
steeds. In dit boek is aan het eind van ieder hoofdstuk, waarin u kennis maakt met het land en de bewoners, een aantal
in de tekst genoemde of daarop aansluitende bezienswaardigheden vermeld. Aan de hand hiervan kunt u het gebied zelf
gaan verkennen. Een route naar de genoemde plaatsen wordt echter niet gegeven. Er zijn zoveel wegen en weggetjes dat
u gemakkelijk met behulp van een goede kaart een aantrekkelijke tocht kunt uitzetten. Bedenk bij het uitzetten van
een route dat West-Friesland een heel aantrekkelijk gebied is om vanaf de fiets te bezichtigen. Juist op de flets zult
u veel van de in dit boek genoemde zaken herkennen en de tijd hebben om op kleinere bezienswaardigheden te letten die,
nu u iets van de geschiedenis en het ontstaan van de streek weet, heel interessant zijn.
Zo zal het de lezer uit het voorgaande hoofdstuk duidelijk zijn geworden waarom er nog schelpen in de slootkanten zijn
te zien, wat die merkwaardige heuvel bij Zwaagdijk is, waarom er zand bij Zandwerven ligt en waarom de dorpsstraten
van Abbekerk en Schellinkhout zo kronkelen. Lopend of fietsend kunt u West-Friesland ontdekken, maar niet alles zult
u op deze manier kunnen zien. Bijvoorbeeld het waaiervormige verloop van de verkaveling ten westen van de dorpsweg te
Wognum en ten zuiden van de dorpsweg te Wadway en Spanbroek valt vanaf de weg niet op, maar wie de kaart bekijkt zal
zien dat de vorm er nog wel is.
Een aantal bijzonderheden is helemaal niet te zien omdat ze onder de grond liggen. Enkele daarvan zijn door archeologen opgegraven, maar vele zijn nog steeds het geheim van de Westfriese bodem. Bijvoorbeeld de juiste ligging van het klooster Nieuwlicht nabij Blokker is niet precies bekend en men weet zelfs niet waar de sterkte, genaamd 't Hof, gebouwd in opdracht van Floris V, heeft gestaan. Aan de dijk bij Wijdenes, maar waar?
Verschillende voorwerpen die in de bodem gevonden zijn, liggen in het Westfries Museum uitgestald. In dit Hoornse museum is mede aan de hand van deze attributen geprobeerd de ontstaansgeschiedenis van West-Friesland weer te geven. In beknopte vorm vindt u hierover ook informatie in het Poldermuseum te Andijk.
Door de ruilverkaveling zijn veel van de oude waterwegen en polderslootjes verdwenen. Enkele, zoals de Langereis en
de Kromme Leek, zijn wel bewaard gebleven. Evenwijdig aan de Langereis loopt een weg, maar de Kromme Leek is met de
fiets niet te volgen. Mogelijkheden zijn er echter wel voor hen die een bootje of een kano bezitten, want naast de twee
genoemde sloten biedt West-Friesland tal van prachtige vaarroutes. Bijvoorbeeld bij Medemblik, Andijk, Hoorn en Enkhuizen.
Tussen Medemblik en Enkhuizen zijn zelfs twee aquaducten gemaakt om de vaarroute na de ruilverkaveling open te houden.
Varend vanuit Medemblik kunt u het natuurgebied ‘het Egboetswater’ bereiken, waar de bosbeplanting en het rietmoerasbosje
een beeld geven hoe West-Friesland er vroeger heeft uitgezien.
Gaat u verder naar ‘de Weelen’, gelegen aan beide zijden van de Kadijk, dan vindt u een natuurlijk gevormd landschapsbos,
waarin de oude structuur van de voormalige polder zo goed mogelijk bewaard is gebleven.
Vanuit de laadplaats te Lutjebroek kunt u 's zomers met een open boot een tocht maken door het Grootslag en de Weelen
naar het Streekbos waar u de mogelijkheid heeft om in het bezoekerscentrum een expositie te bekijken. Tijdens de rondvaart
vertelt een gids over de polder, wat er groeit en bloeit en wat men voor bezienswaardigheden tegenkomt.
De Lutjebroekerweel bijvoorbeeld was voor de verkaveling een droogmakerijtje maar staat thans weer
onder water. Het ondiepe water en het voedselrijke slib trekken vele soorten vogels aan, onder andere
de kluut, de lepelaar en de roerdomp. Vanaf de weg is dit gebied nauwelijks toegankelijk, maar vanuit
de boot kunt u een prachtige indruk krijgen van dit unieke natuurgebied.
De Poldertocht eindigt in het Streekbos, een 58 ha groot recreatiegebied dat wordt beheerd door het
Recreatieschap Westfriesland. In de nabije toekomst moet dit gebied, dat tijdens de ruilverkaveling is
ontstaan, toegang verlenen aan 50.000 recreanten per jaar.
Het recreatieschap wil proberen om het landschap hier zo oorspronkelijk mogelijk te maken; hiertoe is
men in 1977 begonnen met de aanplant van vooral inheemse bomen en struiken.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.