Archivering » Ach Lieve Tijd - West-Friesland » Deel 15: Westfriezen en hun culturele leven » pagina 349
Karakteristiek voor Noord-Holland is de kust- of poldergotiek: kloosters en kerken werden voorzien
van lichte, houten tongewelven om de druk op de drassige bodem zo laag mogelijk te houden. In 1484
schilderde een onbekend gebleven kunstenaar op zo'n houten plafond – in de Enkhuizer Zuiderkerk
– een groot aantal bijbelse taferelen, maar in 1609 verdwenen ze op grond van strenge protestantse
opvattingen onder een dikke laag gele verf, die overigens in het begin van de twintigste eeuw weer
verwijderd werd.
Een soortgelijke schildering is in de Grote Kerk van Hoorn aangebracht door de bekende houtgraveur en
schilder Jacob Cornelisz van Oostsanen (1470-1533). Men neemt aan dat hij voor de Ursulakerk in Warmenhuizen
het ontwerp van de gewelfschildering heeft gemaakt. Het lot was deze kunstwerken niet gunstig gezind:
dat in de Grote Kerk in Hoorn werd in 1838 door brand verwoest; in Warmenhuizen heeft hij zo zwaar
onder het weer en vraatzuchtige insecten te lijden gehad, dat het aan het eind van de negentiende eeuw
in zijn geheel verwijderd werd. Inmiddels is hij gerestaureerd teruggekeerd.
Een man met oog voor wat er om hem heen gebeurde, was de zestiende-eeuwer Dirck Adriaensz Valcoogh, schoolmeester in Barsingerhorn en later notaris in Schagen. Als aanhanger van de Geuzenpartij, opstandelingen tegen de Spaanse overheersing, schreef hij een spottend gedicht waarin de Spanjaarden zich beklagen over de ‘duivelse boeren’ van Krabbendam, Schagen en Warmenhuizen die hen regelmatig te grazen nemen.
AFBEELDING(EN) NOG NIET BESCHIKBAAR =
Linksboven: Foto uit 1904 van de Hoornse kantwerkster Maartje Bakker uit Abbekerk. (AWG)
Rechtsboven: Eind 1913 startte de domineesvrouw L.de Jager Meezenbroek een cursus kantklossen voor de
boerendochters van Wijdenes en omgeving. De kantklosschool ‘Ieder voor Allen’ in Wijdenes
was geboren. Een hoogtepunt in de rijke geschiedenis van deze school was het uitstapje in 1924 naar
Den Haag, waar de veertienjarige Prinses Juliana een kantwerktas kreeg aangeboden. Op de foto uit ca.
1942 twee dames van de kantklosschool in Westfriese klederdracht. (AWG)
Onder: Tijdens de traditionele Westfriezendag van het Westfries Genootschap en de jaarlijkse
Landbouwtentoonstelling te Opmeer dragen veel Westfriezen hun streekkleding: mannen in pak met hoge
hoed en soms een kuitbroek; vrouwen ‘pikt en dreven’ met kap en oorijzer, met bloedkoralen
ketting en rieten reiskoffertje. De foto is genomen omstreeks 1950. (AWG)
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.