Bibliotheek » Ach Lieve Tijd - West-Friesland » Deel 14: Westfriezen en hun scheepvaart » pagina 331
In 1607 ging Coen voor het eerst naar Azië en nauwelijks tien jaar later werd hij
Gouverneur-Generaal, de hoogste post bij de VOC. Zijn naam is nu niet onomstreden, maar zo dachten de
heren bewindhebbers er toen beslist niet over. Zijn plan om een nieuwe hoofdstad van het door de
Compagnie beheerste gebied Nieuw Hoorn te noemen, ging op uitdrukkelijk bevel van die bewindhebbers,
echter niet door. De stad werd begin 1619 naar de Bataven Batavia gedoopt.
De WIC (Westindische Compagnie) werd in 1621 opgericht, maar al ver daarvoor werd er op de Amerikaanse
en Afrikaanse kusten gevaren, ook door Westfriezen. Omstreeks 1563 voer schipper Cornelis Pietersz van
Oosterleek al naar Indië. Omdat de route naar Oost-Indië nog volstrekt onbekend was, moet
hiermee wel West-Indië zijn bedoeld.
Aan het eind van de zestiende eeuw nam het aantal activiteiten in dit deel van de wereld sterk toe.
Barend Eriksz uit Medemblik, varend voor Enkhuizer reders, ontdekte in 1593 de handelsmogelijkheden
van Guinee. In hetzelfde jaar bezocht zijn plaatsgenoot Cornelis Freeksz Vrijer op weg naar Brazilië
de kusten van Angola. Als handelsorganisatie werd de WIC geen groot succes.
Zeker in het begin, toen nog veel onbekend was, vormde de zeevaart een riskant bedrijf. Later ging in
koopvaardij, haringvisserij en walvisvaart routine een steeds grotere rol spelen en viel het met de
risico's wel mee. In elk geval moeten de gevaren niet worden overdreven. En bovendien, aan land kon
ook wel eens wat gebeuren.
AFBEELDING(EN) NOG NIET BESCHIKBAAR =
Linksboven: Portret van een Enkhuizer familie van de hand van Herman Doncker uit 1645. Op de achtergrond
een Oost-Indiëvaarder (PC)
Rechtsboven: Portret van Jan Pietersz Coen (1587-1629). Drie keer voer Coen naar Indië. Als
gouverneur-generaal, de hoogste positie in Indië, vestigde hij definitief de macht van de
Nederlanders in de archipel.
(WFM)
Linksonder: De VOCschepen brachten vanuit de Oost vele kostbare specerijen en andere exclusieve producten
mee. Bijzonder populair waren borden van Chinees porselein.
(WFM)
Rechtsonder: Ouke Rondhout schilderde omstreeks 1800 de Boompoort in Alkmaar met op de voorgrond enkele
boten. Producten van het omringende platteland werden per schuit naar de stad gebracht.
(SMA)
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.