Bibliotheek » Ach Lieve Tijd - West-Friesland » Deel 2: Westfriezen en hun verkeer » pagina 37
Warmenhuizen is ontstaan op een reeks middeleeuwse woonterpen
en heeft daardoor een langgerekte kern. Op een van deze terpen ligt de straat Krankhoorn. Tot in de
jaren zestig is deze straat nauwelijks veranderd; doorgaand verkeer is er nog steeds niet mogelijk.
Deze foto werd gemaakt in 1920. (J. Mooij, Warmenhuizen)
Uit de Enqueste rijst een donker beeld van rampspoed en ellende op. Overal wees men op de goede tijden
van vóór de dood van de landsheer, hertog Karel de Stoute, in 1477. Daarna was het snel
slechter gegaan: politieke onrust, geweld en zeeroverij
Al deze narigheid deed het verkeer en vervoer natuurlijk geen goed. In de Enqueste staafden diverse
steden en dorpen dit met harde cijfers. Hoorn telde bijvoorbeeld vóór de dood van hertog
Karel 114 grote binnenlandvaarders, zogenaamde rijnschepen. Daar waren er in 1494, bijna twintig jaar
later, nog slechts een stuk of 25 van over. Te Schagen was de situatie helemaal rampzalig. De rijnschepen
van dit stadje kozen het ruime sop vanuit de haven van Kolhorn. Vóór 1477 had men er
twaalf in de vaart; de Schager schuiten waren toen bovendien alle dagen in gebruik. Er werd onder meer
met boter en kaas naar de grote markten in Deventer gevaren. Van daar werd hout, zout, turf en rogge
mee naar huis genomen. In 1494 was er welgeteld nog één rijnschip over. Dat lag veelvuldig
stil in de haven omdat er geen lading was.
Op de in de 11e eeuw aangelegde Langedijk liggen vier dorpen: Broek op
Langedijk, Zuid- en Noord-Scharwoude en Oudkarspel. In het moerassige land van het Geestmerambacht
ontstond ‘het rijk der duizend eilanden’ door het uitbaggeren van de sloten. Het belangrijkste
vervoermiddel was derhalve de schuit. Daarnaast werden er veel voetbruggen gebouwd. Op de foto de Dorpsstraat
in Zuid-Scharwoude omstreeks 1900. (SLV)
Na 1500 ging het langzaam en met de nodige inzinkingen weer bergopwaarts. De boeren profiteerden van oplopende boter- en kaasprijzen, de handel over zee ging vooruit en de bevolking groeide. Deze voorspoed betekende meer verkeer. Dat extra verkeer maakte op zijn beurt aanleg van nieuwe wegen noodzakelijk. Wat dit betreft is er in bijna vijfhonderd jaar niets veranderd. Opstoppingen en files zijn evenmin iets nieuws. Op marktdagen kwamen er zoveel boeren met paard en wagen naar Hoorn en Alkmaar, dat het verkeer in de nauwe straatjes totaal vastliep.
Klik hier voor meer Westfriese woorden en uitdrukkingen.